Grosse Messe – W.A. Mozart
Algehele leiding: Marcel Joosen
Solisten:
Merel van Geest (sopraan)
Hanneke de Wit (sopraan)
Jeroen de Vaal (tenor)
Orkest: Philharmonia Amsterdam
De Grosse Messe in c-klein, gecomponeerd door Mozart rond 1782–1783, is een groots, maar onvoltooid meesterwerk. Mozart schreef het werk waarschijnlijk als vervulling van een persoonlijke gelofte, mogelijk naar aanleiding van zijn huwelijk met Constanze. Zij zong later zelf de virtuoze sopraansolo bij de première in Salzburg.
De mis combineert het streng-contrapuntische vakmanschap van de barok – een bewuste verwijzing naar Bach en Händel – met de lyriek, dramatiek en helderheid van de klassieke stijl. Monumentale koren zoals het “Gloria” en “Cum Sancto Spiritu” worden afgewisseld met verfijnde aria’s, duetten en ensembles die zowel vocaal als instrumentaal grote eisen stellen. De orkestratie is rijk en gevarieerd, met een belangrijke rol voor blazers en een energieke ritmiek die de tekst extra betekenis geeft.
Hoewel sommige delen, waaronder een deel van het Credo, ontbreken, straalt de mis een indrukwekkende spirituele kracht uit. Zij toont Mozarts vermogen om diep religieuze ernst te verbinden met muzikale schoonheid en emotionele expressie. Door deze combinatie van traditie en vernieuwing heeft de Grosse Messe blijvende aantrekkingskracht, en wordt zij nog altijd wereldwijd uitgevoerd als een van de grote meesterwerken van het koorrepertoire.
Psalm 42 – F. Mendelssohn
Mendelssohn componeerde Psalm 42 in 1837, kort na zijn huwelijk. Het werk werd al snel door tijdgenoten geroemd en Mendelssohn zelf beschouwde het als een van zijn beste composities. De tekst, afkomstig uit de Luthervertaling van Psalm 42, verbeeldt het diepe verlangen van de gelovige ziel naar God: “Zoals een hert verlangt naar water, zo verlangt mijn ziel naar U.”
Het stuk bestaat uit zeven delen die een dramatische boog vormen: een openingskoor vol smachtend verlangen, recitatieven en aria’s die de persoonlijke nood en hoop uitdrukken, en koordelen die kracht en gemeenschap benadrukken. De afwisseling tussen intieme solopassages en rijke koorklanken geeft de tekst zowel persoonlijke als collectieve zeggingskracht. Mendelssohns melodieën zijn vloeiend en natuurlijk, terwijl zijn orkestratie helder en ondersteunend blijft, met subtiele kleuren in de blazers en strijkers.
In Psalm 42 komen Mendelssohns diep religieuze overtuiging en zijn meesterschap in de romantische koortraditie samen. Het werk wordt nog altijd vaak uitgevoerd, zowel in kerken als in concertzalen, en geldt als een van de mooiste muzikale vertolkingen van de psalmteksten in de 19e eeuw.
Schicksalslied – J. Brahms